Hoe leg je een bloemenweide aan?

Een bloemenweide zorgt jaarlijks voor prachtige bloemen én helpt de bijen overleven.



Delen

Bloemen zijn meer dan een streling voor het oog. Ze bieden wilde bijen, honingbijen, hommels en zweefvliegen een bron aan nectar en stuifmeel. Deze insecten zijn onmisbaar voor de bestuiving van bloemen, fruitbomen en landbouwgewassen. 

Een bloemenweide bestaat uit een mengsel van meerjarige bloemen en grassen. Aanleg en onderhoud vragen een specifiek beheer. Hoe schraler je grond, hoe bloemenrijker je weide wordt. Een bloemenweide ziet er elk jaar anders uit, je krijgt een heel dynamisch stukje natuur. Mooi en vooral heel goed voor de biodiversiteit: een bloemenweide voorziet insecten jaar na jaar in nectar en stuifmeel, ze vinden er ook hun onverwinteringsplaatsen en ook vogels weten de zaden te vinden. 

Een bloemenweide is niet hetzelfde als een bloemenakker. Een bloemenakker bestaat uit éénjarige planten en zal je dus jaarlijks moeten inzaaien. 

 

Een bloemenweide aanleggen doe je zo

De geschikte locatie vinden, is de helft van het werk. Een bloemenweide is bij voorkeur minimaal 1 are (100 m²) groot. De bloemenweide moet ook in volle zon liggen.

Bloemen hoef je niet altijd in te zaaien. Door een grasland te verschralen, onstaat vanzelf een bloemenweide. Ploeg je grasland niet om maar pas het maaibeheer aan.

Moet je toch inzaaien, kies dan voor

  • een bloemenmengsel dat aangepast is aan het bodemtype
  • inheemse, lokaal opgekweekte bloemenzaden
  • mengsels zonder graszaden

Ploeg, spit of frees de bovengrond. Als je van een grasmat vertrekt, moet je ervoor zorgen dat de bodem zoveel mogelijk van grassen ontdaan is.

Zaaien kan vanaf april tot eind mei of eind augustus tot eind september: 150 à 200 gram per are volstaat. Zaai in een periode dat het voldoende regent.

Voor het gemakkelijker inzaaien kan je de zaden mengen met wit zand. Gebruik de drievingermethode: de zaden rusten in de holte van de handpalm en glijden langs wijs-, midden- en ringvinger. Zaai niet met de volle hand om te vermijden dat je te dicht zaait. 

Na het inzaaien, druk je de bovengrond aan.

En daarna wachten. Een meerjarige bloemenweide heeft minstens twee jaar nodig om volledig uit te groeien en zal, afhankelijk van de zaadproductie van de individuele planten, het bodemtype, de hoeveelheid licht en regen... er elk jaar anders uit zien.

 

Een bloemenweide beheren doe je zo

Een vaste bloemenweide wordt twee keer per jaar gemaaid en het maaisel wordt afgevoerd. De eerste keer eind juni/begin juli. Hierdoor bloeien sommige soorten nog een tweede keer. De tweede maaibeurt is eind september/begin oktober. Bij het maaien laat je telkens een strook/hoek van 20% van de oppervlakte ongemaaid, zo is er nog steeds nectar aanwezig en verwijder je niet alle bloemen in één keer.

Laat telkens het maaisel een week liggen voordat je het afvoert. Zo kunnen de zaadjes eruit vallen en heb je volgend jaar opnieuw een prachtig bloementapijt.

Als je na enkele jaren merkt dat de grassen te veel toenemen, kan je tijdelijk overschakelen naar drie maaibeurten per jaar met afvoer van maaisel.

 

Wij zijn er voor jou

Voor begeleiding bij de aanleg van jouw bloemenweide, kan je ook terecht bij onze graslandmedewerker Wouter.

 

Bloemenweide Tillegembos
© RLHP
Rode klaver
© RLHP
Margrieten
© RLHP
© Regionale Landschappen

Wouter Demey

wouter.demey@rlhp.be